Mijn leven

17 januari 2017 - Ratnapura, Sri Lanka

Voor onze laatste rit richting het vliegveld stappen we in een Tata Nano. Toch leuk om in een auto van mijn werkgever te zitten. Ik val half in slaap, als een echte sri-lankaan die geen moeite heeft met alle toeterende auto's. Onze laatste dagen hebben we niet op het strand doorgebracht, zoals we eerst in gedachte hadden. We zijn weer terug in Ratnapura. Ten eerste voor de warmte. De afgelopen week hebben we het s' nachts toch behoorlijk koud gehad in Ella, maar vooral in Hatton. En van het thuisfront horen we dat het gesneeuwd heeft in Nederland. We mogen dus eigenlijk niet klagen met 10 graden Celsius in de nacht maar toch sluiten we graag af in het tropische klimaat van circa 30 graden Celcius. Ten tweede omdat ik graag onze reis wil afsluiten op de plek waar mijn leven begon. We hebben het fijn gehad bij Sapphire Holiday Resort en Dilshan die ons goed begeleidt, dus spreken weer met hem af. Hij komt ons ophalen in Ella en onderweg laat hij ons nog een paar mooie plekjes zien in Haputale. Natuurlijk nemen we daar ook een kijkje bij Lipton seat. De plek waar Sir Thomas Lipton naar verluidt zijn eerste theeplantage had. De weg er naar toe is weer behoorlijk avontuurlijk. En dat met de Toyota Prius. Gisteren zouden we nog wat plekjes bekijken in de middag maar Dilshan komt pas laat opdagen en dan blijkt hij geen auto te hebben. We krijgen een scooter mee en Niels manoevreert zich door de drukke stad. Dit tropische klimaat doet mij goed. Mijn huid knapt zienderogen op. Maar voor Niels is het veel te warm. We zoeken dus snel weer verkoeling in onze kamer met airconditioning. Na ruim twee weken, is een dagje helemaal niets doen eigenlijk best lekker. Vanochtend hebben we rond 8 uur ontbeten en wacht ons nog één avontuur; toddy drinken. Een vers getapte alcoholische versnapering van een palmboom. We nemen voor het laatste stuk een tuktuk en zitten met z'n vieren toch wel een beetje krap. De weg is flink hobbelig. Ik moet maar niet denken aan de blauwe plekken die ik krijg tijdens dit ritje. We komen aan bij een primitief huisje. De vrouw des huizes geeft ons een hartverwarmende glimlach. Ook al kunnen we niet verbaal communiceren, non verbaal komen we er ook wel. Ze biedt ons een paar stoelen aan. Het is nog wel een stukje lopen naar de palm waar de toddy is getapt dus Niels en ik wachten bij het huisje. Na een tijdje zet de vrouw ons voor de tv en biedt ons ranja met een schaal met koekjes aan. De mannen komen terug met een soort plastic jerrycan vol met het melkachtige spul. We nemen een glaasje en het smaakt prima. Lekker zoet met een beetje bubbels. Natuurlijk komt er ook weer een schaaltje peper en zout op tafel. Want het moet wel pittig zijn! De hele beleving, van de hobbelige rit, de lieve gastvrije vrouw tot het gebroederlijk drinken van de toddy maakt het een mooi einde van onze reis. Ik voel me een beetje raar. Voor het eerst geen heimwee naar huis. Het heeft er zeker mee te maken dat Niels en ik het super hebben samen. Ik ben van de planning en hij voegt daar de nodige relaxedheid aan toe. Maar het heeft er ook mee te maken dat ik me fijn voel in Sri-Lanka. Ik zou er nooit willen wonen. Maar het geeft wel een fijn gevoel dat ik niet anders ben met mijn 1.45 meter. Verder zitten er toch wel een aantal dingen in de genen; het overal kunnen slapen, het pittige eten. Seeni Sambol is m'n nieuwe favoriet! Het tropische klimaat zit in m'n genen. Het was handiger geweest als ik in Hatton was geboren. Dan kon ik tenminste een beetje tegen de kou, maar dat terzijde. De Sri-lankaanse tijden. S' ochtends blijft dat lastig, als ik voor 9.00 uur moet inklokken op mn werk. Of met iemand een afspraak heb of...nou ja, iedereen die me kent weet hoe ik ben! Maar ik zal dan ook niet zo op de tijd letten als ik eenmaal aan het werk ben of die afspraak met je heb. Hier werkt het precies zo. Mensen zijn niet lui. Het gaat misschien niet op een snel tempo. Maar het is wel altijd heel secuur. Uitzonderigen daargelaten uiteraard, maar die heb je in Nederland natuurlijk ook. En die lach; in Nederland heb je soms een bepaalde hardheid nodig. Op mijn werk, bij de kassa, etc. In Sri-Lanka is het een vorm van beleefdheid. En het gaat er ook zeker wel eens onbeleefd aan toe maar het is allemaal veel minder direct. En dat extraverte naast het introverte zie ik ook veel terug komen. Er zit weinig tussen. Zoals het bij Martijn en mij ook is. Ik had van te voren geen idee wat deze reis met me zou doen. Ik was toch deels op zoek naar mijn identiteit. Ik kan nog steeds moeilijk onder woorden brengen wat er door me heen ging toen ik door dat ziekenhuis in Kahawatta liep. En de tijd met Ravindran was enorm indrukwekkend. Wat zou ik graag al die mensen willen helpen! Maar ieder beetje helpt. Dus ik ben blij dat we met alle donaties weer een stapje verder zijn. Alle bezienswaardigheden waren zeker de moeite waard. De natuur is prachtig en diversiteit aan dieren is enorm. Maar juist de plekjes die ons bracht bij de lokale bevolking zijn onze mooiste herinneringen. Dit is het land waar een deel van mijn identiteit is ontstaan. Maar mijn familie en vrienden hebben me gemaakt tot de persoon die ik nu ben. En dat is misschien wel het meest waardevol als ik terug kijk op deze reis. Mijn thuis is waar mijn familie en vrienden zijn. En ja, die zijn nou eenmaal wit en groot!

4 Reacties

  1. Gerda:
    18 januari 2017
    Lieve Rianne en Niels, welkom "thuis"....en je hebt het heel goed omschreven....
  2. Merit:
    18 januari 2017
    Lieve Rianne, wat heb je mooi, oprecht en met humor jullie reis beschreven. Dankjewel voor het delen van alle belevenissen en indrukken. Geniet nog lekker en alvast een heel goede terugreis.
  3. Tante Elly:
    19 januari 2017
    Lieve Rianne en Niels.
    We hebben genoten van jullie reisverhalen.
    Goede thuisreis.
  4. Herma Schaap:
    19 januari 2017
    Hey Rianne en Niels, ik heb met heel veel plezier jullie reisverhalen gelezen, wat een belevenis om dit zo samen mee te maken, en wat kun je het ongelooflijk mooi omschrijven Rianne, hele waardevolle reis!